Fototentoonstelling Westerbroek


Landschapsfotograaf Wilco van der Laan is regelmatig te vinden in ’t Roegwold. Uren ligt hij uitgestrekt in het moeras, waar de dieren aan hem gewend raken en steeds dichterbij de camera komen. De heikikker merkt hem niet meer op, de vogels vliegen om hem heen en de Groningse Blaarkoppen komen rustig aangelopen om kennis te maken. Zo maakt Wilco prachtige foto’s van de natuur.

De natuurzone Westerbroek verbindt verschillende natuurgebieden met elkaar, waaronder ‘t Roegwold en de Hunze. Deze fototentoonstelling geeft een beeld van de planten en dieren die jij binnenkort in de natuurzone Westerbroek kunt zien. Op de foto’s zijn veel vogels terug te vinden. Deze zijn in grote aantallen aanwezig in het natuurgebied en zijn goede indicatoren voor de ontwikkeling van dit gebied. Hun komst is het eerste teken van de goede en nieuwe biodiversiteit in het nieuw aangelegde en ontwikkelde natuurgebied.

Menu

Hermelijn in winterkleed
Flamingo’s in ’t Roegwold
Blauwborstje in ’t Roegwold
Groninger Blaarkoppen en Herefordrunderen bij zonsondergang
Maaimachine in het moeras
Baardman op berijpte rietpalm in het koude winterzonnetje
Spreeuwenzwerm
Geoorde fuut op het Dannemeer
Haansvaart Hellum
Heikikkers
Knuppelpad Dannemeer Fase B
Roerdomp in vlucht
Westerpolder Kolham
Zeearend Hooilandspolder Woudbloem
Ree in Tetjehorn

Hermelijn in winterkleed, februari 2018

In het nieuwe natuurgebied leven veel muizen, ratten en andere kleine zoogdieren. Ideale prooien voor de hermelijn! Dit beschermde zoogdier is dan ook in grote getalen teruggekeerd naar ’t Roegwold.

In de winter heeft de hermelijn een witte vacht, waardoor hij snel opvalt. Dit diertje is erg nieuwsgierig, meedogenloos, niet bang én een echte opportunist. Daarom noemen we ze ook wel Groningse kleine duiveltjes.

Flamingo’s in ’t Roegwold, voorjaar 2018

Op een druilerige zondagmiddag vliegen opeens drie flamingo’s boven het natuurgebied dat net 3 jaar onder water staat.

De flamingo’s strijken neer in het ondiepe water rondom het Dannemeer. Daar gaan ze op zoek naar eten. Net als de lepelaar scheppen ze water in hun bek. Met een handige ingebouwde filter halen ze kleine diertjes uit het water.

Blauwborstje in ’t Roegwold, april 2019

In de rietlanden van ’t Roegwold zijn blauwborstjes een vaste gast. Tussen de bramen, meidoorns, wilgen en berken voelen ze zich thuis. Deze vogel broedt op de grond, in vochtige en natte ruigte. In vijf jaar tijd is het aantal broedparen gegroeid van twee naar meer dan honderd.

De mannetjes hebben felle kleuren om indruk te maken op de vrouwtjes. Het blauwborstje kiest een opvallende zangpost, en hun melodieuze zang kan minutenlang doorgaan. Deze womanizer is op dit moment goed te spotten in het gebied, dus houd je verrekijker bij de hand!

Groninger Blaarkoppen en Herefordrunderen bij zonsondergang, 2019

Deze grote grazers spelen een sleutelrol in het gebied. Doordat ze in de ruigte leven en grazen, groeit ’t Roegwold niet dicht en worden de typerende halfopen Groningse landschappen behouden.

Insecten - die zelf een prooi zijn voor andere dieren in het gebied - gebruiken de mest van de koeien. De mest is ook voeding voor de bodem, en stimuleert de groei van kruiden in het gras. Deze koeien zijn er makkelijk te houden. Ze bevallen zelfs in de vrije natuur.

Maaimachine in het moeras, november 2017

Het rupsvoertuig op deze foto is speciaal gemaakt voor het maaien in het moeras. De machines bewegen zich over het water en gewas heen en zakken niet weg. Door het neerdalen van stikstof groeien in het gebied veel pioniersplanten, zoals brandnetels. Door grote stukken vegetatie weg te maaien (plaggen) ontstaat weer ruimte voor zeldzamere soorten.

Het plaggen biedt ook voordelen voor de velduil en blauwe kiekendief. In het gemaaide gras en riet vinden deze vogelsoorten hun prooien, zoals muizen en ratten.

De maaimachines worden gesubsidieerd door Staatsbosbeheer.

Baardman op berijpte rietpalm in het koude winterzonnetje, december 2021

De baardman is dankzij het volwassen riet het hele jaar door te vinden in ’t Roegwold. In de winter eten ze de zaden van het riet, in de zomer broeden ze laag in het riet en eten insecten. Deze vogels vliegen altijd in groepjes over de rietpluimen. Het mannetje kenmerkt zich door de donkere bakkebaarden.

In de jaren 90 leefde er maar één paar baardmannen in het gebied. Hun permanente aanwezigheid is een geweldige uitkomst. Deze vogelsoort stond namelijk hoog in de lijst van gewenste soorten in het gebied.

Spreeuwenzwerm, maart 2019

’t Roegwold is een veilige haven voor spreeuwen. Ze kunnen zich goed verstoppen in het vele riet en met een gerust hart slapen. Hierdoor zijn ze veel minder kwetsbaar dan bijvoorbeeld op een open akker, en worden de spreeuwenzwermen in het gebied steeds groter.

In maart vermengen de doortrekkende spreeuwen zich met de Nederlandse spreeuwen. Zo ontstaan grote zwermen van soms wel duizenden spreeuwen. In een poging om te ontsnappen aan een sperwer beweegt de zwerm opeens van voor naar achter in een bijzondere vorm. Een magisch natuurmoment!

Geoorde fuut op het Dannemeer, juni 2016

Deze geoorde fuut was een van de eerste bewoners van het nieuwe natuurgebied. In het eerste broedmoment na het onder water zetten van ’t Roegwold zwom daar opeens de geoorde fuut, een geweldige verrassing! Deze broedvogels zagen ‘t Roegwold dus direct als geschikt broedgebied.

Dat jaar werden er bijna 100 broedparen geteld in het gebied. Het zijn er nu niet zoveel meer, maar deze trekvogel komt nog steeds elk jaar lang. In het ondiepe water van ’t Roegwold kunnen ze gemakkelijk bij hun voedsel en nestelen ze zich graag in het pitrusgras. Elk jaar zijn er ongeveer 10 broedparen in het gebied.

Haansvaart Hellum, mei 2017

De Haansvaart loopt van Hellum naar het Schildmeer en vertakt zich in allerlei zijslootjes, zoals dit slootje op de foto.

De sloot is een geweldig gebied voor allerlei weidevogels. Als je naast de sloot staat, hoor je de vogels in het riet zingen. Samen vormen ze een kakofonie van vogelgeluiden. In de oude boeken werd dit deelgebied al aangeduid als “sans soucis” gebied (Frans voor “zonder zorgen”).

Heikikkers, maart 2017

Sinds de jaren 80 hebben de heikikkers zich kunnen handhaven in het gebied, en sinds het Dannemeer werd ingericht zijn de aantallen weer toegenomen. Ze zijn vooral te vinden rondom de poeltjes van het Dannemeer. Ze voelen zich helemaal thuis in de drap en regenplassen buiten de grotere waterpartijen, waar het water maximaal 10 cm diep is en dus snel opwarmt.

Slechts drie dagen per jaar kleuren de mannetjes knalblauw en gaan ze op zoek naar een vrouwtje om te paren. Dit gebeurt meestal in maart, tijdens de eerste mooie zonnige dagen van het jaar. De vrouwtjes zijn kieskeurig en verstoppen zich onder water, om alleen voor de allermooiste blauwe heikikker tevoorschijn te komen.

Knuppelpad Dannemeer Fase B, juni 2018

Met een lengte van 750 meter is het Knuppelpad één van de langste vlonderpaden van Nederland. Halverwege het houten pad staat een bankje, waar menig verloving, picknick en proostmoment heeft plaatsgevonden. Hier heb je een prachtig uitzicht over het Dannemeer en andere gebieden van ’t Roegwold.

De naam van dit pad komt van de oorspronkelijke vlonderpaden, die nog terug te vinden zijn in Drenthe. Deze paden werden vroeger gemaakt van boomstammen, ofwel knuppels. Doordat het Knuppelpad slechts een meter breed is, passeren tegenliggers dicht langs elkaar en noemen de Groningers dit ook wel het Knuffelpad.

Roerdomp in vlucht, juni 2021

Deze mysterieuze vogel houdt zich graag schuil in het vele riet en gras in ’t Roegwold. Het natuurgebied telt op dit moment al zeker 10 tot 12 paren. De roerdomp gedijt goed in het moeras. Met zijn grote klauwen en lange tenen houdt hij zijn evenwicht. De natte rietvelden zijn voor de roerdomp een veilige broedplek, in de slootjes jaagt hij op vis en kleine zoogdieren.

Deze reigersoort heeft in tegenstelling tot de normale reiger een kortere, gedwongen nek. Het geluid van een roerdomp klinkt als een misthoorn, en kun je van ver horen. Vroeger vreesden boeren die werden opgeschrikt door het geluid dat er een geest van een koe in het moeras zat.

Westerpolder Kolham, februari 2018

Op deze foto kijk je over het bevroren water naar de molen van Kolham. De wilgen op de voorgrond staan al eeuwenlang op deze plek, en hebben zich perfect aangepast toen het gebied onder water werd gezet.

De wilg is van nature een moerasboom en gedijt goed in een natte omgeving. De bomen raken bemost en paddenstoelen leven op de stam. Hiermee dragen ze bij aan het bosmoeras als leefomgeving voor allerlei dieren.

Zeearend Hooilandspolder Woudbloem, juli 2021

De zeearend is een nieuwe verschijning in het natuurgebied en komt hier om te jagen. Na decennia van afwezigheid keerde de zeearend in 2013 terug naar Nederland.

Sinds 2015 broed de zeearend ook in het Zuidlaardermeer. Vanuit daar vliegen ze naar ’t Roegwold. Op dit moment zijn er in ’t Roegwold nog niet genoeg hoge, stevige bomen die grote arendsnesten van anderhalve meter doorsnede kunnen dragen. De bomen in het gebied zullen over een paar jaar wel groot genoeg zijn. De hoop is dan ook dat binnen 10 jaar het eerste broedpaar zeearenden zal neerstrijken in het gebied.

Ree in Tetjehorn, juni 2021

De ondiepe wateren van Tetjehorn zijn een mooie drinkplek voor reeën, die al jaren in het gebied wonen. Er waren zorgen dat de ree zou verdwijnen bij het onder water zetten van het gebied. Maar de ree blijkt zich goed en snel aan te passen.

Met name de planten in het gebied maken dat reeën zich hier thuisvoelen. In het nieuwe natuurgebied hebben ze veel verstopplekken, en leggen ze kalfjes in het hoge gras aan de randen van het natuurgebied.